Bij overlijden wil je graag afscheid nemen, dat wil je goed doen en doe je meestal maar 1 keer. Die laatste momenten blijven je altijd bij. Ook als je een overlijden meemaakt als kind maakt dat grote indruk. Ook kinderen willen graag afscheid nemen, wat helpend kan zijn bij het rouwproces. Een goed afscheid draagt bij om beter met het verlies om te kunnen gaan, wat voor kinderen ook heel waardevol kan zijn. Over verdrietige zaken met kinderen praten is nooit makkelijk, je wil juist kinderen behoeden voor verdriet. Maar kinderen merken aan hun omgeving als er iets verdrietigs gebeurd. Ze kunnen een deel van een gesprek opvangen of voelen de emoties in de ruimte. Door ze niet te betrekken of niet (volledig) in te lichten laat je ze soms ongewild alleen met hun gevoelens en vragen. Sommige volwassenen denken dat kinderen een bezoek eng vinden, maar dat is onze eigen invulling. Kinderen kunnen heel open naar de wereld kijken en kijken vaak hoe volwassenen reageren. Als volwassenen rustig blijven en het normaal vinden om zieken te bezoeken vinden zij dat vaak ook.

Elk afscheid is persoonlijk en iedereen heeft eigen ideeën en een eigen invulling. Sommige tips zullen dus bruikbaar voor u zijn en sommige minder.

Bereid het bezoek aan de IC voor:

Is het de eerste keer dat het kind een dierbare bezoekt? Kijk dan op www.icconnect/kind-en-ic.

Leg uit dat de dierbare er anders uitziet, veel IC patiënten zien er bijvoorbeeld bleker uit dan normaal. Leg uit dat de dierbare ook anders ruikt of anders/niet kan reageren. Veel patiënten die op de IC gaan overlijden krijgen een middel om het bewustzijn te verlagen. Leg uit dat het lijkt alsof iemand slaapt in plaats van te zeggen dat iemand slaapt. Kinderen moeten elk dag gaan slapen en dit kan verwarrend voor ze zijn.

Wat zeg je tegen een kind als een dierbare gaat overlijden?

Een gesprek voeren is moeilijk. Kies een ruimte waar het kind zich veilig voelt, zorg voor een rustige omgeving waar je je aandacht kan richten op het kind. Een kind wil begrijpen wat er aan de hand is. Bij een emotionele boodschap kunnen kinderen niet te veel informatie verwerken, houd het gesprek dus kort.

Dit moet je in ieder geval zeggen:

  • Zeg dat je iets erg moet vertellen
  • Vertel dat de dierbare ernstig ziek is
  • Benoem welke ziekte is, benoem het liefst de naam van de ziekte
  • Dat de dierbare niet meer te genezen is en dood zal gaan
  • Het kind hier geen schuld aan heeft
  • Dat er altijd iemand zal zijn die voor ze zal zorgen en vertel wie dat is

Wees eerlijk, vertel dat het niet meer goed komt en probeer het op het niveau van het kind uit te leggen wat dood gaan betekend. De fantasie van een kind kan soms erger zijn dan de werkelijkheid. Kinderen kunnen soms heel rake vragen stellen, bijvoorbeeld wat is dood, ga ik dood, wat gebeurt er na de dood. Op sommige vragen heeft u misschien geen antwoord. Vertel dan dat u het niet weet. Vraag zo nodig iemand die kan helpen bij het gesprek als je denkt dat je tijdens het gesprek overstuur zal raken.

Wees ook eerlijk over je eigen gevoelens. Als je zelf ook woorden geeft aan je gevoelens is dat voor een kind een voorbeeld en voelt het zich ook vrijer om zelf gevoelens te delen. Dat is niet uithuilen bij je kind of je kind het gevoel geven dat het jou moet troosten. Het gaat om samen verdriet delen.

Benoem dat alle gevoelens goed zijn, sommige kinderen zijn verdrietig, anderen zijn boos maar sommige kinderen kunnen zich ook schuldig voelen. Benoem dat het ook goed is al je niet huilt of niet heel verdrietig bent, iedereen gaat anders om met afscheid nemen.

Geef duidelijk aan dat er iemand is die voor ze zorgt en wie dat dan is. Kinderen hebben behoefte aan steun en verzorging, weten waar ze aan toe zijn geeft houvast.

Luister naar het kind en geef het de kans om vragen te stellen en emoties te uiten. Geef aan dat alle emoties goed zijn. Huilen mag, dat lucht soms op. Veel kinderen hebben schuldgevoelens, bespreek dat ze niet schuldig zijn aan wat er gebeurd of gebeurd is. Sommige kinderen worden boos of zijn bang. Anderen kunnen jaloers zijn, bijvoorbeeld op de aandacht die de zieke kreeg. Soms is er sprake van een soort opluchting zeker na een wat langer ziekbed. Alles kan en alles mag, er is geen “slechte emotie”. Het helpt om emoties te delen met dierbaren. Bespreek met wie ze dat zouden willen delen.

De naam van de ziekte benoemen is belangrijk, omdat kinderen zelf ook ziek kunnen zijn of worden of anderen zien die ziek zijn. Ze kunnen dan bij niet duidelijke uitleg waarom de dierbare ziek werd erg angstig worden dat zij of andere dierbaren ziek worden en sterven. Leg dus zo duidelijk mogelijk uit waar iemand aan sterft. Bijvoorbeeld een longontsteking, later kan je uitleggen wat een longontsteking is.

Bij het afscheid

Of je kinderen meeneemt naar een afscheid op de IC als de dierbare nog niet overleden is, hangt af van of het kind graag wil. Het moet geen verplichting zijn om te gaan. Als het kind niet wil, moet het niet opgelegd worden. Vertel dat elke keuze goed is en dat ze zich niet schuldig hoeven te voelen als ze niet willen. Afscheid nemen kan ook op een andere manier of ander tijdstip, bijvoorbeeld bij een begrafenis. Het hangt ook af van het karakter van het kind, daar kan een ouder of verzorgende meestal wel een goede inschatting van maken. Een laatste keer bij iemand zijn blijft je bij.

Wat kunnen kinderen zeggen tegen de dierbare die gaat overlijden?

Je kan zeggen:

  • Ik hou van je
  • Ik ga je missen
  • Ik vind je lief
  • Dag lieve
  • Je mag gaan, het is goed zo
  • Dank je wel voor
  • Ik zal je nooit vergeten

Wat doe je tijdens het bezoek?

Kies iets wat goed bij jullie past. Je kan bijvoorbeeld een tekening ophangen, een liedje zingen, samen naar muziek luisteren, een gedicht oplezen of samen bidden. Samen zijn en het verdriet delen kan heel waardevol zijn.

Meestal mag je de dierbare die gaat overlijden aanraken. Je kan bijvoorbeeld een hand vasthouden. Er mogen foto’s gemaakt worden van de laatste keer bij de dierbare. Een foto hoeft je nooit meer te zien als je hem gemaakt hebt, maar je kan hem niet opnieuw maken. Later komen er misschien vragen over de periode rondom het overlijden en foto’s kunnen helpen om te zien hoe het was. We hebben mooie foto’s gezien van bijvoorbeeld alle handen van het gezin voor het laatst bij elkaar.

Wat zeg je niet

Zeg niet dat degene dood gaat omdat hij ziek is: kinderen zijn vaak ziek en kunnen dan denken dat als er weer iemand ziek wordt of zijzelf ziek worden, ook kunnen sterven. Leg uit welke ziekte het is.

Zeg niet degene gaat slapen. Kinderen moeten elke dag slapen en als er een mogelijkheid is dat je voor eeuwig gaat slapen en begraven wordt, wordt het slapen misschien angstig.

Zeg niet: Degene die gaat overlijden gaat een verre reis maken. Kinderen kunnen denken dat ze verlaten worden. Waarom mogen ze niet mee?

Zeg niet: degene gaat dood omdat hij oud is. Kinderen vinden veel volwassenen oud, zelfs iemand van 25. Ze kunnen nog geen onderscheid maken wat echt oud is. Ze kunnen bang worden dat er nog meer “oude” mensen zullen sterven.

Zeg niet: op de IC zijn allemaal slangetjes. Kinderen kunnen dat verwarren met echte slangen, vertel dat het plastic buisjes zijn.

Na het bezoek

Maak na het bezoek tijd vrij om het kind de kans te geven om te vertellen over zijn of haar ervaringen. Wat heeft het gezien, hoe voelde het zich, wat betekende het bezoek etc.

Sommige kinderen vinden het fijn om niet te praten, maar uiten hun gevoelens bijvoorbeeld met een tekening of dagboek. Soms zien ze dat je het al zwaar hebt en willen ze juist met iemand anders praten.

Muziek kan ook uiting geven aan gevoelens en helend zijn.

Maak ruimte voor herinneringen. Dat kan een plekje in huis zijn met foto’s en spullen van de overledene, maar het kan ook in de vorm van een fotoboek zijn. Op internet zijn ook materialen of sites hierover te vinden. Ook kan het een plek zijn in je gedachten waar je de dierbare met je meedraagt.

Het kan helpen om op te schrijven wat er is gebeurd, dat kan helpen bij de verwerking. Sommige kinderen komen soms jaren later met vragen. Als je het hebt opgeschreven kan je het later samen nog een keer doornemen.

We hebben ook gezien dat een moeder voor oma die ging overlijden, een brievenbus maakte van een schoendoos. Daar konden lieve briefjes ingestopt worden, maar ook mooie gedachten of kusjes. Die brievenbus bleef ook na het overlijden van oma in gebruik.

Vertel de omgeving van het kind over wat er gebeurd

Als het kind naar school gaat, vertel dan ook aan de leerkracht wat er aan de hand is. Zo kan ook op school tijd en ruimte aan je kind geschonken worden. Sommige scholen hebben een rouwprotocol. Dat is een soort van lijst met zaken die gedaan kunnen worden. Overleg met de leerkracht of de leerkracht de klas het slechte nieuws verteld of dat het kind dat zelf wil doen of juist niet. Bereid het kind voor dat er vragen uit de klas kunnen komen. Als andere kinderen in de klas weten wat er aan de hand is, is het makkelijker om hun klasgenootje te begrijpen.

Back To Top