Behandeling met medicatie

Voor ernstig zieke patiënten met COVID-19, die moeten worden opgenomen in het ziekenhuis, zijn er verschillende medicamenteuze behandelingen mogelijk, stelt de leidraad Medicamenteuze behandelopties bij patiënten met COVID-19 vast. Dit advies is onder verantwoordelijkheid van de Stichting Werkgroep Antibiotica Beleid (SWAB) tot stand gekomen en wordt regelmatig geactualiseerd op basis van nieuwe onderzoeksresultaten. Vooralsnog is van twee medicijnen vastgesteld dat die een gunstig effect hebben op patiënten die met COVID-19 in het ziekenhuis zijn opgenomen:

  • Dexamethason en andere corticosteroïden gedurende 10 dagen per infuus. Dit zijn middelen die de afweer onderdrukken. Het is aangetoond dat deze middelen de kans op overlijden verminderen bij opgenomen patiënten met COVID-19 die extra zuurstof nodig hebben.
  • Remdesivir, een antiviraal middel, wordt toegediend aan patiënten die in het ziekenhuis worden opgenomen. Ook dit middel wordt via een infuus toegediend. Het kan het klinisch herstel versnellen bij op de verpleegafdeling opgenomen patiënten met COVID-19 die extra zuurstof nodig hebben.

Als de patiënt desondanks naar de IC moet worden overgeplaatst, wordt het toedienen van Remdesivir gestaakt. Het starten van Remdesivir wordt op de IC niet aanbevolen. De achterliggende gedachte is vooral dat het middel niet bijdraagt aan de behandeling bij patiënten die beademd (gaan) worden. Daarnaast is de kans op bijwerkingen van Remdesivir op de IC groter, vanwege het frequent gebruik van andere geneesmiddelen die de werking kunnen beïnvloeden.

Voor andere antivirale middelen, zoals choloquine en hydroxychloroquine is geen effect aangetoond in grote onderzoeken, die sinds februari 2020 in de hele wereld zijn gestart en waarover is gepubliceerd. Wereldwijd zijn er vele onderzoeken gaande naar nieuwe medicijnen tegen COVID-19.

Back To Top